Terwijl ik vanochtend over de grachten door Amsterdam liep, luisterde ik naar een interview met de Vlaamse dichter, schrijver, theatermaker en medecurator van Kunstenfestival Watou (2021, afdeling poëzie) Peter Verhelst (Brugge, 1962) voor het radioprogramma ‘Nooit meer slapen’. Aanleiding was de Constantijn Huygensprijs die hij in 2021 won voor zijn ‘adembenemende oeuvre’ en die hij (pas) onlangs in ontvangst kon nemen. Hij won deze prestigieuze prijs, aldus de jury, voor zijn niet aflatende zoektocht ‘naar alles wat zou kunnen zijn.'
In dit interview vertelt hij op meeslepende wijze hoe de schilderijen van Jan van Eijk, de gedichten van Hadewijch en de new wave muziek uit zijn jeugd zijn verbeelding aanwakkerden. Nog steeds spelen literatuur en beeldende kunst een grote rol in zijn werk. Verhelst’s literatuur kenmerkt zich door de afwezigheid van een duidelijke verhaallijn en een uiterst beeldende en zintuiglijke schrijfstijl - vaak geënt op bestaande sprookjes, fabels en mythes uit de oudheid - die je meeneemt naar een wereld waarin feit en fictie naast elkaar bestaan. In 2018, als eerste winnaar van de nieuwe Sybren Poletprijs voor experimentele, Nederlandstalige schrijvers, beschreef de jury Verhelst als 'een magistrale oeuvrebouwer' en als 'de ontwerper van een literair labyrint dat blijft groeien in eenheid en verscheidenheid, waarin je eindeloos kunt dwalen, of een van de vele uitgangen kunt nemen, maar de eindbestemming nooit vindt.’ Het idee van kunst en literatuur zonder narratief element of chronisch tijdsverloop, waarin we kunnen dwalen als in een labyrinth spreekt me erg aan.
In deze collectie ga ik op zoek naar kunstwerken die diezelfde verwarring of raadselachtigheid oproepen. Het interview met Peter Verhelst, waarin hij het belang van wat zou kunnen zijn in tegenstelling tot wat ís onderstreept, in gedachten…
Licht
Richard Westerhuis (1965) is een Nederlandse fotograaf die in zijn raadselachtige fotoserie This is the poem I promised you het begrip huiselijkheid subtiel in beeld brengt. De kamers zijn leeg, er is geen spoor van leven te bekennen en toch bekruipt je het gevoel dat er iets aan de hand is, dat er iets geks heeft plaatsgevonden. Het verhaal ontbreekt, maar er is sprake van een situatie die de fantasie prikkelt. De ene keer is de kamer leeg en doordrenkt van een warme kleur geel; dan weer is de kamer blauw verlicht en zijn er sporen van leven, van spelende kinderen, dinerende gezinsleden te bekennen. Er is niet één werkelijkheid, lijkt de kunstenaar te zeggen. Er is niet één verhaal maar er zijn er talloze, te bedenken en te beleven. En daarbij is de betekenis dragende rol van licht van essentieel belang. Precies zoals in Verhelst’s zintuigelijke novelle ‘Lichamen’, een boek over de lockdown en de vraag wat eenzaamheid met een mens doet en ja, het verlangen naar licht daarbij.
Lees het hele artikel op: Gallery Viewer.